De Wet ‘banenafspraak en quotum arbeidsbeperkten’ bevat afspraken tussen het kabinet en werkgevers om meer banen te creëren voor mensen met een ziekte of handicap. Tegen 2026 moeten werkgevers in totaal 100.000 banen realiseren voor mensen met een arbeidsbeperking. De overheid moet 25.000 banen creëren, wat betekent dat er in totaal 125.000 extra banen moeten komen. Een extra baan wordt gedefinieerd als 25,5 verloonde uren per week.
Mensen met een arbeidsbeperking hebben vaak extra begeleiding nodig of een aangepaste werkplek, wat het voor hen moeilijker maakt om een baan te vinden. Veel van deze mensen eindigen in sociale werkplaatsen. De banenafspraak is ontworpen om deze trend te doorbreken en mensen met een beperking te helpen om bij reguliere werkgevers aan de slag te gaan.
Als werkgevers er niet in slagen het afgesproken aantal banen te creëren, dan treedt de quotumregeling in werking. Deze regeling verplicht werkgevers om een minimaal aantal werkplekken voor mensen met een arbeidsbeperking te realiseren. Dit quotum geldt sinds 1 januari 2020 voor de overheid en zorgt ervoor dat er een stok achter de deur is om de doelen te behalen.
De extra banen zijn bestemd voor mensen die onder een van de volgende categorieën vallen:
Het UWV beheert het landelijk doelgroepregister waarin de gegevens staan van mensen die onder de banenafspraak vallen. Werkgevers die iemand uit dit register in dienst nemen, laten deze baan meetellen voor de banenafspraak en de quotumregeling.
Sinds 2020 kunnen mensen een verzoek indienen om uit het doelgroepregister te worden verwijderd als ze niet meer aan de doelgroepcriteria voldoen. Het UWV beoordeelt deze verzoeken en verwijdert personen die niet langer in aanmerking komen.