Loonaanvullingsuitkering. 

Wanneer een verzekerde een WIA-uitkering ontvangt, zijn er twee mogelijkheden: de verzekerde is meer dan 80% arbeidsongeschikt en ontvangt een IVA-uitkering, of de verzekerde is tussen 35% en 80% arbeidsongeschikt en ontvangt een WGA-uitkering. Binnen de WGA-uitkering zijn er drie soorten uitkeringen: de loongerelateerde uitkering, de loonaanvullingsuitkering en de vervolguitkering.

Wanneer ontvang je een loonaanvullingsuitkering?

Tijdens de WIA-keuring beoordelen een verzekeringsarts en een arbeidsdeskundige van het UWV dat de verzekerde tussen 35% en 80% arbeidsongeschikt is. De verzekerde komt dan in aanmerking voor een WGA-uitkering. Als de verzekerde geen recht heeft op een loongerelateerde uitkering, of als deze is afgelopen, dan kan de verzekerde een loonaanvullingsuitkering of een vervolguitkering krijgen.

  • De verzekerde ontvangt een loonaanvullingsuitkering als hij of zij meer verdient dan 50% van het verwachte verdienvermogen (zoals vastgesteld door het UWV).
  • Als de verzekerde minder verdient dan 50% van het verwachte verdienvermogen, ontvangt hij of zij een vervolguitkering.

Wat is de hoogte van de loonaanvullingsuitkering?

De hoogte van de loonaanvullingsuitkering is afhankelijk van het inkomen van de verzekerde en het vastgestelde verdienvermogen door het UWV. Er zijn twee situaties:

  1. De verzekerde verdient tussen de 50% en 100% van het verwachte verdienvermogen:

    • De uitkering bedraagt 70% van het WIA-maandloon, minus 70% van het bedrag dat de verzekerde kan verdienen volgens het UWV.
    • Het WIA-maandloon is het sv-loon dat de verzekerde in het jaar voor arbeidsongeschiktheid verdiende, gedeeld door 12.
  2. De verzekerde verdient 100% of meer van het verwachte verdienvermogen:

    • De uitkering bedraagt 70% van het WIA-maandloon, minus 70% van het bedrag dat de verzekerde daadwerkelijk verdient.

Belangrijk: Als de verzekerde werkt, neemt de uitkering af, maar de totale inkomsten zijn altijd hoger, omdat het salaris wordt aangevuld met de uitkering.

Wanneer stopt de loonaanvullingsuitkering?

De loonaanvullingsuitkering stopt in de volgende situaties:

  1. De verzekerde verdient minder dan 50% van het verwachte verdienvermogen:

    • De verzekerde ontvangt in dat geval een vervolguitkering.
  2. De verzekerde verdient meer dan 65% van het oude loon voor minimaal een jaar:

    • De WGA-uitkering stopt volledig.
  3. De verzekerde kan 65% of meer van het oude loon verdienen, maar verdient dit niet:

    • De loonaanvullingsuitkering stopt na twee maanden.
  4. De verzekerde blijkt minder dan 20% van het oude loon te kunnen verdienen:

    • Als een arbeidsdeskundige oordeelt dat de verzekerde minder dan 20% van het oude loon kan verdienen, stopt de loonaanvullingsuitkering. De verzekerde kan dan mogelijk recht hebben op een IVA-uitkering.

 

x  Powerful Protection for WordPress, from Shield Security
This Site Is Protected By
ShieldPRO